Cochleair implantaat

Een cochleair implantaat neemt de functie van het slakkenhuis gedeeltelijk over en bestaat uit twee delen: een inwendig en een uitwendig deel.

Het inwendig deel van het CI

Het inwendig deel wordt via een heelkundige ingreep door de chirurg geplaatst: er wordt een implantaat geplaatst achter het oor net onder de huid en met veel precisie een elektroden-array in het slakkenhuis geschoven. Deze elektroden vervangen de functie van de beschadigde haarcellen.

De microfoon van de geluidsprocessor vangt geluiden op en de spraakprocessor zet deze geluiden om naar een digitale code die via de zendspoel worden doorgestuurd naar het implantaat. Het implantaat zet deze digitale code om in een elektrisch signaal dat doorgestuurd wordt naar de elektroden-array in de cochlea. Van daaruit zullen de elektroden de gehoorzenuw elektrisch stimuleren en wordt het signaal doorgestuurd naar de hersenen.

Logopedische opvolging en een intensieve hoortraining

Naast een goede fitting of afregeling van de geluidsprocessor, is het belangrijk om na de cochleaire implantatie logopedische revalidatie te volgen, dit omdat de geluidswaarneming met een CI anders klinkt. Omgevingsgeluiden en spraakklanken zullen anders klinken dan men zich herinnert. De patiënt wordt hiervoor doorgestuurd naar een revalidatiecentrum (bijvoorbeeld Spermalie), waar deze gedurende de eerste twee jaar na de implantatie hoortraining krijgt aangeboden. De hoortraining is gericht op de detectie, discriminatie, identificatie en herkenning van geluiden, woorden en zinnen, zowel in stilte als in lawaai.

 

Het resultaat na de ingreep is afhankelijk van verschillende factoren

Cochleaire implantaten verschaffen echter geen volledig normaal gehoor. Het resultaat verschilt vaak van persoon tot persoon en wordt sterk beïnvloed door verschillende factoren zoals het tijdstip van ontstaan, de oorzaak en de duur van de doofheid. Ook andere factoren zoals de leeftijd en motivatie van de patiënt spelen uiteraard een belangrijke rol.

FAQ

Hoe werkt een CI?

Een CI is een elektronisch hoortoestel dat de functie van het gehoororgaan vervangt. Het bestaat uit een inwendig deel (het implantaat en de elektronenbundel) die via een operatie door de chirurg wordt geplaatst, en een uitwendig deel (de spraakprocessor) die gedragen wordt zoals een hoortoestel.

Normaalhorenden hebben in het binnenoor duizenden haarcellen die frequentiespecifieke informatie doorgeven aan de gehoorzenuw. Bij slechthorenden of doven werkt het binnenoor niet goed en zijn de haarcellen beschadigd waardoor deze niet meer in staat zijn om geluidssignalen door te geven aan de gehoorzenuw.

Een CI neemt de functie van het beschadigde binnenoor over en stimuleert de gehoorzenuw door middel van een elektrisch signaal. Dit biedt mensen die (bijna) niets meer horen de mogelijkheid om terug geluiden te horen en spraak te verstaan. 

Welke verschillende soorten CI's bestaan er?

Wereldwijd zijn er 4 fabrikanten die CI's produceren : Cochlear, Advanced Bionics, Med-El en Oticon. De verschillende merken verschillen qua implantaat, uitzicht van de geluidsprocessor, draadloze mogelijkheden met randapparatuur, compatibiliteit met bepaalde merken van hoortoestellen... Samen met uw NKO-arts en audioloog kunnen we de verschillen overlopen en beslissen welk merk voor u de beste keuze is. Wanneer men voor een bepaald merk van implantaat kiest, past enkel een geluidsprocessor van datzelfde merk op het implantaat.
Er bestaan twee types van geluidsprocessoren. Men kan kiezen voor een geluidsprocessor die achter het oor wordt gedragen, of een geluidsprocessor die op het hoofd wordt gedragen. Met beide types kan men hetzelfde horen, maar er zit voornamelijk een verschil in het uitzicht van de toestellen.

Wie komt in aanmerking voor een CI?

U kan in aanmerking komen voor een CI indien u ernstig slechthorend of doof bent en u onvoldoende spraak kan verstaan met klassieke hoortoestellen.

Als u aan bepaalde criteria voldoet, wordt een CI aan één oor vergoed door het RIZIV. Bij kinderen jonger dan twaalf jaar wordt een CI aan beide oren vergoed. Helaas wordt een CI bij unilaterale doofheid nog niet vergoed door het RIZIV.

Om na te gaan of u in aanmerking komt, moeten er bepaalde vooronderzoeken gebeuren. Deze onderzoeken zijn nodig om een aanvraagdossier voor een terugbetaling op te stellen. Hiervoor kan u een afspraak maken in ons centrum.

Hoeveel kost een CI?

Indien u aan bepaalde criteria voldoet, zal het RIZIV het implantaat en de geluidsprocessor bijna volledig terugbetalen. U betaalt een eigen opleg ongeveer 150 euro.

Ook aan de operatie en de opname zijn kosten verbonden. Afhankelijk van uw hospitalisatieverzekering zullen (een deel van) de kosten van de opname terugbetaald worden.

De fitting en de logopedische revalidatie worden tevens grotendeels terugbetaald door het ziekenfonds indien u een goedkeuring van het RIZIV hebt.

Volwassenen hebben om de vijf jaar recht op een nieuwe geluidsprocessor (= uitwendig deel), en kinderen van minder dan acht jaar hebben om de drie jaar recht op een nieuwe geluidsprocessor. Ook dan is er een eigen opleg van ongeveer 150 euro.

Ik denk dat ik in aanmerking kom voor een CI. Wat moet ik doen?

Indien u wil weten of u in aanmerking komt voor een CI, kan u een afspraak maken in ons centrum. De NKO-arts zal een klinisch onderzoek uitvoeren en de audioloog zal uw gehoor onderzoeken aan de hand van een drukmeting, een audiometrie en een spraakaudiometrie. Vergeet zeker uw hoortoestellen niet mee te nemen tijdens deze consultatie.

Indien uit de audiologische testen blijkt dat u in aanmerking komt voor een CI, leggen we een afspraak vast voor de verdere onderzoeken zoals een BERA, een evenwichtsonderzoek en een radiologisch onderzoek (CT- en MRI-scan). Ook kan er al een operatiedatum worden vastgelegd.

Hoe verloopt de operatie? Zijn er veel klachten nadien?

De ingreep wordt zowel bij volwassenen als bij kinderen onder algemene verdoving uitgevoerd en duurt 3 à 4 uur. Nadien blijft u één nacht opgenomen in het ziekenhuis.

Tijdens de ingreep zal de chirurg het inwendig deel plaatsen. Ook zal de audioloog dan testen uitvoeren om te zien of het implantaat goed werkt.

Na de ingreep kan het zijn dat u gedurende korte tijd last heeft van duizeligheid, misselijkheid, oorsuizingen of gevoeligheid van de huid rond het implantaat. Normaal gezien verdwijnen deze klachten na enkele dagen tot weken. U moet gedurende een week een drukverband rond het hoofd dragen.

Ongeveer 3 à 4 weken na de operatie mag de geluidsprocessor aangesloten worden. Pas vanaf dan zal u terug iets horen.

Wat kan ik verwachten van een CI?

Ongeveer 4 weken na de operatie, wanneer de geluidsprocessor voor de eerste maal wordt aangesloten, zal u terug iets horen. De afregeling van de spraakprocessor wordt fitting genoemd. Tijdens een fitting zal de audioloog de spraakprocessor instellen aan de hand van een computerprogramma.

Het is volledig normaal dat u na de eerste fitting nog geen spraak zult verstaan. U zal wel al geluiden kunnen horen, maar nog geen betekenis kunnen geven aan geluid. Dit komt omdat de gehoorzenuw gedurende lange tijd geen auditieve input kreeg, en nu langzaam aan moet wennen aan het nieuwe geluid. Door fittingen, hoortraining en veelvuldig gebruik van uw CI zal de gehoorzenuw wennen aan het geluid en zal uw spraakverstaan geleidelijk aan verbeteren.

Hoe goed iemand uiteindelijk met een CI kan horen, verschilt van persoon tot persoon en hangt af van verschillende factoren. De NKO-arts zal met u bespreken welke resultaten bij u kunnen verwacht worden.

Is het nodig om revalidatie te volgen na de CI-operatie?

Het wordt sterk aangeraden om na de cochleaire implantatie logopedische revalidatie te volgen in een revalidatiecentrum. In het begin zal de geluidswaarneming met een CI immers anders klinken. Omgevingsgeluiden en spraakklanken zullen anders klinken dan u zich herinnert. CI-gebruikers zeggen vaak dat het geluid aanvankelijk elektronisch of blikkerig klinkt. Tijdens de hoortraining worden uw hersenen getraind om terug te 'leren' horen en spraak te 'leren' verstaan. Dankzij de enorme flexibiliteit en het enorme leervermogen van de hersenen kan hierop getraind worden.

De logopedische revalidatie duurt zo'n 6 maanden tot 2 jaar met een frequentie van 1 à 2 sessies per week.

Hebt u vragen over een cochleair implantaat?

Onze experten helpen u graag verder of maak een afspraak op 050/452280